Carpaletunnelsyndroom
ICPC-2: N93; ICD-10: G56.0Begripsomschrijving
Het carpale-tunnelsyndroom (CTS) bestaat uit symptomen, die het gevolg zijn van een compressie (entrapment) van de N. medianus in de carpale tunnel.
In dit hoofdstuk wordt vooral verwezen naar de ‘Richtlijn diagnostiek en behandeling van het carpaletunnelsyndroom’ en de daarin samengevatte literatuur.1
Epidemiologie
Prevalentie: Ruim 9% van de vrouwen tussen 25 en 75 jaar bleek bij een onderzoek onder de algemene bevolking in Nederland een (klinisch neurofysiologisch bevestigd) CTS te hebben, terwijl onder mannen uit dezelfde leeftijdscategorie de prevalentie veel lager is, namelijk 0,6%. Overigens was in ditzelfde onderzoek het CTS bij slechts ongeveer een derde van de vrouwen herkend en behandeld, m.a.w. er was een onderdetectie bij ongeveer twee derde.