Ulcus cruris venosum
ICPC-2: S97; ICD-10: I83.0Mr. dr. Ellen de Haas
Begripsomschrijving
Onder een ulcus cruris venosum verstaan we een defect in pathologisch veranderd weefsel aan het onderbeen op basis van chronisch veneuze insufficiëntie (CVI). CVI is een lang voortdurende afvloedstoornis van de venen van de extremiteiten door gebrekkige werking van de kleppen, met reflux en decompensatie van het veneuze systeem tot gevolg.
Epidemiologische gegevens
De prevalentie van het ulcus cruris venosum in de gehele populatie wordt geschat op 0,5-1%. Ongeveer 80-90% van alle beenulcera zijn van veneuze oorsprong. De incidentie van een veneus ulcus in de huisartsenpraktijk bedraagt 1 per 1000 patiëntjaren voor vrouwen en 0,3 per 1000 patiëntjaren voor mannen. Incidentie in de leeftijdsgroep boven de 75 jaar is 8,3 voor vrouwen per