25 resultaten gevonden voor 'Kleuring op zuurvaste staven'

  • Hemoglobine, instabiel en hyperinstabiel

    Ter verklaring van microcytaire hypochrome anemie of hemolyse, bij verdenking van mogelijke instabiliteit bij een al of niet zichtbaar abnormaal hemoglobine, als indicatie voor DNA-onderzoek. Maakt deel uit van het hemoglobinopathie (HbP) onderzoekspakket ter voorkoming van ernstige fenotypen in risicoparen.

    Lees verder ›
  • Malaria ICPC-2: A73; ICD-10: B54

    Lees verder ›
  • Differentiële telling van bloedcellen

    Het bepalen van de concentraties van de erytrocyten, trombocyten en de verschillende typen leukocyten in bloed en het kwalitatief beoordelen van bloedcellen in een uitstrijkpreparaat.

    Lees verder ›
  • Mycobacterium tuberculosis-complex

    en de genetisch verwante soorten en vormen samen het complex (MTBC). Deze bacteriën hebben een bijzondere celwandsamenstelling met een hoog gehalte aan bijzondere vetzuren; door deze celwandsamenstelling zijn de bacteriën bestand tegen ontkleuring met zure alcoholoplossingen en daarom worden ze zuurvast genoemd. De bacteriën groeien uitsluitend aeroob en bijzonder langzaam met een delingstijd van 15-20 uur waardoor in het laboratorium groei pas na weken tot maanden wordt waargenomen.

    Lees verder ›
  • Non-fermenters

    Non-fermenters is een verzamelnaam voor een groep aeroob groeiende gramnegatieve staven niet die niet in staat om glucose af te breken), die regelmatig geïsoleerd worden uit klinische materialen.

    Lees verder ›
  • Mycobacterium species

    Naast de obligaat pathogene mycobacteriën behorend tot zijn er talloze andere soorten mycobacteriën. Een gemeenschappelijke benaming is atypische mycobacteriën en in de Engelstalige literatuur worden ze aangeduid als MOTT (). Kenmerkend voor de hele groep is de bijzondere celwandstructuur met een hoog gehalte aan vetzuren, die verantwoordelijk is voor de zuurvastheid in speciale kleuringen (ZN, auramine). Afhankelijk van de groeisnelheid en pigmentvorming werden de mycobacteriën ingedeeld in vier groepen volgens de classificatie van Runyon. Tegenwoordig berust de indeling vooral op variaties in de 16S ribosomale gensequenties.

    Lees verder ›
  • Antistoffen tegen (paraneoplastische) neuronale antigenen

    Diagnostiek bij verdenking op paraneoplastisch neurologisch syndroom en auto-immuunencefalitis.

    Lees verder ›
  • Ammonium

    Vaststellen of de verwerking van ammonium in het lichaam gestoord is.

    Lees verder ›
  • Mycobacterium leprae

    is een zuurvaste staaf met affiniteit voor de schwanncellen. kan niet in vitro gekweekt kan worden en heeft in vivo een extreem lage groeisnelheid (verdubbelingstijd van 14 dagen). In geïnfecteerd weefsel zijn ze microscopisch te zien als bundels intracellulair gelegen staafjes en de dikke lipidenenvelop beschermt ze tegen afbraak in macrofagen en vele bactericide middelen.

    Lees verder ›
  • Cryptosporidium

    is een eencellige darmparasiet () behorende tot de coccidiën. Enkele jaren geleden is, op basis van epidemiologische en genetische gegevens, de voor de mens meest relevante soort , geclassificeerd als zijnde twee afzonderlijke species, te weten , met een zoönotische verspreiding, en , die uitsluitend bij de mens wordt gezien.

    Lees verder ›
  • Cytochemisch onderzoek van beenmerg

    Inzicht verwerven in de status van de hematopoëse in het beenmerg aan de hand van de cytologische karakteristieken en de verhoudingen tussen de diverse celtypen.

    Lees verder ›
  • Scrotale zwelling ICPC-2: Y05; ICD-10: N50.8

    Lees verder ›
  • Pasteurella multocida

    is een fermentatieve, gramnegatieve bacterie. is de soort die het meest gekweekt wordt uit klinische materialen; daarnaast zijn nog andere soorten bekend. In tegenstelling tot de meeste gramnegatieve staven zijn in het algemeen goed gevoelig voor penicilline.

    Lees verder ›
  • Prenatale diagnostiek

    De hier te bespreken prenatale diagnostiek behoort nu, 2019, bij de traditionele methoden om prenatale diagnostiek uit te voeren. Traditionele methoden, zoals het invasief verzamelen van foetaal genetisch materiaal bij de vlokkentest of de vruchtwaterpunctie, hebben een risico op spontane abortus. Door de ontdekking, voor het eerst gemeld in 1997, van de aanwezigheid van foetaal DNA ( DNA, cffDNA) in de circulatie van zwangeren is het mogelijk geworden om op niet-invasieve wijze uit het bloed van de moeder genetische en chromosomale informatie te verkrijgen. De toepassing van deze mogelijkheden in de kliniek heeft geleid tot een sterke afname van de invasieve procedures. Er blijft zeker ruimte voor het uitvoeren van deze invasieve technieken als vervolg op een positieve uitslag bij de niet-invasieve screeningstests.

    Lees verder ›
  • Angiotensine-I-converterend enzym (ACE)

    Vaststellen van de activiteit van angiotensine-I-converterend enzym (ACE) bij (neuro)sarcoïdose en andere granulomatosen.

    Lees verder ›
  • Antistoffen tegen LKM

    Diagnostiek bij verdenking op auto-immuunhepatitis (AIH).

    Lees verder ›
  • Helicobacter pylori-infectie ICPC-2: D87; ICD-10: K29

    Lees verder ›
  • Pneumonie ICPC-2: R81; ICD-10: J13, J14, J15, J16; J17; J18

    Lees verder ›
  • Grampreparaat

    De gramkleuring is de meest gebruikte kleurmethode voor microbiologisch onderzoek en wordt zowel gebruikt voor kleuring van klinische materialen (urine, sputum, liquor, punctaten, enz.) alsook als eerste stap bij het onderzoek van gekweekte micro-organismen.

    Lees verder ›
  • Legionella pneumophila

    is een langzaam groeiende aerobe, gramnegatieve bacterie met bijzondere groei-eisen. Voor de kweek zijn speciale voedingsbodems vereist met actieve koolstof, cysteïne en andere speciale ingrediënten. Hierdoor heeft het tot 1976 geduurd voordat de bacterie voor het eerst in kweek gebracht werd na een uitbraak van pneumonie bij een bijeenkomst van Amerikaanse veteranen in Philadelphia. Van zijn vijftien serotypen bekend; behalve zijn er nog zo’n veertig andere -soorten bekend.

    Lees verder ›
  • Streptobacillus moniliformis of Spirillum minus

    is een micro-aerofiele, zeer pleiomorfe kleine gramnegatieve staaf.

    Lees verder ›
  • Urinesediment

    Semikwantitatief onderzoek urinesediment bij verdenking op afwijkingen aan of ziekten van de nieren en de urinewegen.

    Lees verder ›
  • Vet in feces

    Bepaling van de vetuitscheiding in feces.

    Lees verder ›
  • Ziehl-Neelsen-kleuring, Kinyoun-kleuring, auraminekleuring

    Sommige bacteriën hebben een celwand met een hoog gehalte aan mycolzuren, waardoor ze moeilijk te kleuren zijn maar – eenmaal gekleurd – ook moeilijk te ontkleuren, zelfs met zure alcoholoplossingen. Daarom worden deze bacteriën zuurvast genoemd. De belangrijkste zuurvaste bacteriën behoren tot het genus : en diverse andere soorten.

    Lees verder ›
  • Oog, het rode ICPC-2: F02; ICD-10: H57.8

    Lees verder ›